2021 met nieuwe aanvallen op journalisten en boetes gestart

De parlementariër van CHP Utku Çakırözer heeft onlangs een nieuw rapport gepubliceerd over de persvrijheid in de eerste weken van 2021. Volgens dit rapport kregen in de eerste 35 dagen van 2021 30 journalisten te maken met fysieke aanvallen. Journalisten die de acties rondom de Boğaziçi Universiteit volgden, waren het doelwit van rubberen kogels van de politie. 29 journalisten moesten voor de rechter verschijnen, 5 journalisten werden gearresteerd en 1 journalist moest de gevangenis in.

Volgens het rapport van Utku Çakırözer die zelf ook journalist is van beroep zijn de volgende journalisten fysiek aangevallen op straat tijdens het uitoefenen van hun vak: programmamakers van KRT TV Afşin Hatipoğlu en Osman Güdü; Orhan Uğurlu, vertegenwoordiger van het dagblad Yeniçağ in Ankara; İzzet Tınmaz van het dagblad Anadolunun Sesi in Aksaray, Murat Uçkaç en Kıymet Sarıyıldız in Aydın; Feyzi Tokat (cameraman) en Umuhan Şahin (verslaggever) van Egem TV in Uşak; Ali Osman Ertaş van de krant Rize Nabız in Rize en Mehmet Günhan, verslaggever van persbureau Mezopotamya Ajansı.

Rubberen kogels tegen verslaggevers

De journalisten die de ontwikkelingen rondom de Boğaziçi Universiteit versloegen waren het doelwit van de veiligheidstroepen. Ongeveer 20 journalisten waaronder Erdinç Yılmaz en Murat Erkmen van Halk TV, Bilal Meyveci van Artı TV, Murat Bay van Sendika.org, Nagihan Yılgın van Cumhuriyet, Fatoş Erdoğan van Dokuz8 en de journalisten Elif Akgül en Kazım Kızıl waren of het doelwit van rubberen kogels of ze werden toegetakeld.

Van de 5 journalisten die gearresteerd werden moest er één de gevangenis in. Habibe Eren en Öznur Değer van JinNews, freelance journalist Deniz Yaşar, Mehmet Aslan, verslaggever van Mezopotamya Ajansı en Pınar Gayıp, verslaggever van ETHA, werden gearresteerd. Mehmet Aslan moest uiteindelijk de gevangenis in. 4 van de 29 journalisten waaronder Müyesser Yıldız, İsmail Dükel, Hazal Ocak en Alican Uludağ die voor de rechter moesten verschijnen, kregen 4 jaar 10 maanden en 10 dagen gevangenisstraf. Tegen 4 journalisten zijn ook nieuwe rechtszaken gestart.

RTÜK en BİK blijven boetes uitdelen

De boetes vanuit BİK (officiële instantie die de advertenties vanuit overheid onder de mediaorganen moet verdelen) en RTÜK (mediacommissariaat) gingen in het nieuwe jaar gewoon door. Sinds 500 dagen krijgt het dagblad Evrensel geen advertenties van BİK. In januari kreeg Evrensel ook te maken met nieuwe boetes van BİK. Omdat Evrensel een bericht plaatste over het bericht in Cumhuriyet over het onwettige bouwproject van Fahrettin Altun (voorzitter van de Raad van Informatie onder verantwoordelijkheid van president Erdoğan), kreeg Evrensel opnieuw een boete: het dagblad moest het 3 dagen zonder advertenties doen. Vanwege een advertentie op het TV-kanaal TELE1 kreeg Evrensel bovendien een boete van 20.953 lira van het ministerie van Handel.

Het dagblad Birgün werd ook beboet door BİK omdat deze krant berichten publiceerde over de voorzitter van RTÜK, Ebubekir Şahin. Tegen het dagblad Sözcü is een onderzoek gestart vanwege koppen in de krant. Halk TV en TELE1 die in 2020 beboet werden, kregen in januari ook geldboetes. Sözcü TV, die haar logo veranderde, wacht sinds 11 maanden op antwoord van RTÜK die hier een besluit over moet nemen. Dit zonder enige opgave van reden.

Çakırözer: straffeloosheid zorgt voor meer aanvallen

Parlementariër Çakırözer zegt het volgende over het rapport aan het begin van nieuw jaar: ‘In een land waar de journalisten midden op straat aangevallen worden, waar de vrijheid van mediaorganisaties met verboden en boetes verder worden beperkt, kan democratie geen vooruitgang boeken. De staat is verantwoordelijk voor de veiligheid van journalisten bij het uitoefenen van hun vak. Dat de verantwoordelijken voor deze aanvallen geen straf krijgen, is ernstig. Straffeloosheid zorgt voor meer aanvallen. Dat BİK zonder enige rechterlijke uitspraak boetes uitdeelt, is arbitrair en niet te accepteren. RTÜK en BİK bestaan niet om de vrije pers de mond te snoeren. Zij moeten hier een einde aan maken.’

Tekst: Nuri Karabulut

Bron: Evrensel